6. HET VASTE WOORD DER PROFETIE


6.8 DE VERZOENING IN BEELD EN TEGENBEELD

 

1 . Wat beval God, door Mozes, dat Israël moest doen?

Exodus 25: 8  En zij zullen Mij een heiligdom maken, en Ik zal in hun midden wonen.

 

2 . Wat werd er in dit Heiligdom geofferd?

Hebreeën 9: 9  Dit was een zinnebeeld voor de tegenwoordige tijd, in zoverre gaven en offers gebracht werden, die niet bij machte waren hem, die God daarmede dient, voor zijn besef te volmaken.

 

3 . Uit hoeveel delen bestond dit heiligdom, behalve het voorhof?

Exodus 26: 33  Gij zult het voorhangsel onder de haken hangen en daarheen, binnen het voorhangsel, de ark der getuigenis brengen, zodat het voorhangsel voor u scheiding maakt tussen het heilige en het heilige der heiligen.

 

4 . Wat was er in het eerste vertrek of het Heilige?

Hebreeën 9: 2  Want er was een tent ingericht, de voorste, waarin de kandelaar en de tafel met de toonbroden stonden; deze werd het heilige genoemd;

 

 5 . Wat bevatte het tweede vertrek?

Hebreeën 9: 3-4

3 en achter het tweede voorhangsel was een tent, genaamd het heilige der heiligen,

4 met een gouden reukofferaltaar en de ark des verbonds, rondom met goud overtrokken, waarin zich bevonden een gouden kruik met het manna, de staf van Aaron, die gebloeid had, en de tafelen des verbonds;

 Exodus 40: 20-21

20 Hij nam de getuigenis en legde die in de ark, hij schoof de draagstokken aan de ark en legde het verzoendeksel bovenop de ark.

21 Hij bracht de ark naar de tabernakel, hing het voorhangsel ter bedekking op en onttrok de ark der getuigenis aan het oog, zoals de HERE Mozes geboden had.

 

 6 . Onder welke naam stond het deksel van de ark bekend?

Exodus 25: 20  Hij nam de getuigenis en legde die in de ark, hij schoof de draagstokken aan de ark en legde het verzoendeksel bovenop de ark.

 

 7 . Waar zou God Israël ontmoeten?

Exodus 25: 22  En Ik zal daar met u samenkomen en van het verzoendeksel af, tussen de beide cherubs op de ark der getuigenis, over alles met u spreken wat Ik u voor de Israëlieten gebieden zal.

 

8 . Wat was in de ark onder het verzoendeksel?

Deuteronomium 10: 4-5

4 En Hij schreef op de tafelen met hetzelfde schrift als de eerste maal, de Tien Woorden, die de HERE op de berg tot u gesproken had uit het midden van het vuur op de dag der samenkomst; en de HERE gaf ze mij.

5 Toen keerde ik mij om en daalde de berg af, en ik legde de tafelen in de ark, die ik gemaakt had; en zij bleven daar, zoals de HERE mij geboden had.

 

9 . Waar deed de priester dienst in het eerste vertrek van het Heiligdom?

Hebreeën 9: 6  Dit was dan aldus ingericht, en de priesters kwamen bij het vervullen van hun diensten voortdurend in de voorste tent,

10. Wie alleen ging in het tweede vertrek, hoe dikwijls en met welk doel?

Hebreeën 9: 7  maar in de tweede alleen de hogepriester, eenmaal in het jaar, niet zonder bloed, dat hij offerde voor zichzelf en voor de zonden door het volk in onwetendheid bedreven.

 

11. Wat werd aan zondaren, die vergiffenis zochten, gezegd dat zij moesten doen?

Leviticus 4: 27-29

27 Indien iemand uit het volk des lands zonder opzet gezondigd heeft door een van de dingen te doen, die de HERE verboden heeft, en dus schuldig geworden is,

28 dan zal hij, als hem de zonde die hij begaan heeft, bekend geworden is, voor de zonde die hij begaan heeft, als zijn offergave een geit, een gaaf dier van het vrouwelijk geslacht, brengen.

29 Hij zal zijn hand op de kop van het zondoffer leggen en het zondoffer slachten op de plaats van het brandoffer.

 

12 .Wat werd er gedaan met het bloed van het offer?

Leviticus 4: 30  En de priester zal met zijn vinger een deel van het bloed nemen en het strijken aan de horens van het brandofferaltaar; al het overige bloed zal hij aan de voet van het altaar uitgieten.

 

13. Welke dienst had er op de tiende dag van de zevende maand van elk jaar plaats, nadat de zonden van het jaar op die wijze waren opgehoopt?

 Leviticus 16: 29-30

29 Dit zal u tot een altoosdurende inzetting zijn: in de zevende maand op de tiende der maand zult gij u verootmoedigen en generlei werk doen, zomin de geboren Israëliet als de vreemdeling, die in uw midden vertoeft.

30 Want op deze dag zal over u verzoening gedaan worden, om u te reinigen; van al uw zonden zult gij gereinigd worden voor het aangezicht des HEREN.

 

14. Hoe zou het Heiligdom zelf gereinigd worden en wat werd er uiteindelijk met de zonden van het volk gedaan?

Leviticus 16: 5-8

5 En van de vergadering der Israëlieten zal hij twee geitenbokken ten zondoffer en een ram ten brandoffer nemen.

6 Dan zal Aaron de stier van zijn eigen zondoffer brengen en verzoening doen voor zich en zijn huis.}

7 Hij zal de twee bokken nemen en ze voor het aangezicht des HEREN stellen bij de ingang van de tent der samenkomst,

8 en Aaron zal over de beide bokken het lot werpen; een lot voor de HERE, en een lot voor Azazel.

 

15. Wat werd er gedaan met het bloed van de bok waarop het lot van de Here viel?

Leviticus 16: 15  Dan zal hij de bok van het zondoffer, voor het volk bestemd, slachten en zijn bloed naar binnen, achter het voorhangsel brengen, en met dat bloed doen, zoals hij met het bloed van de stier gedaan heeft: hij zal het op het verzoendeksel en voor het verzoendeksel sprenkelen.

 

16. Waarom was het nodig om deze verzoening te bewerkstelligen?

Leviticus 16: 16 Zo zal hij verzoening doen over het heiligdom om de onreinheden der Israëlieten en om hun overtredingen in al hun zonden; aldus zal hij doen met de tent der samenkomst, die bij hen verblijf houdt te midden van hun onreinheden.

 

17. Wat deed de hogepriester vervolgens, nadat hij in het Heilige der Heiligen verzoening gedaan had voor het volk?

Leviticus 16: 20-21

20 Wanneer hij de verzoening van het heiligdom en van de tent der samenkomst en van het altaar voleindigd heeft, dan zal hij de levende bok brengen,

21 en Aaron zal zijn beide handen op de kop van de levende bok leggen en over hem al de ongerechtigheden der Israëlieten en al hun overtredingen in al hun zonden, belijden; hij zal die op de kop van de bok leggen en die door iemand, die daarvoor gereed staat, naar de woestijn laten brengen.

 

18. Wat geschiedde er ten slotte met de zonden van het volk?

Leviticus 16: 22  Zo zal de bok al hun ongerechtigheden op zich dragen naar een onvruchtbaar land, en hij zal die bok in de woestijn vrijlaten

 19. Wat was dit aardse Heiligdom en de vastgestelde eredienst ervan? Hebreeën 9: 9 Dit was een zinnebeeld voor de tegenwoordige tijd, in zoverre gaven en offers gebracht werden, die niet bij machte waren hem, die God daarmede dient, voor zijn besef te volmaken,

 

20. Van welk Heiligdom of tabernakel is Christus de bedienaar?

Hebreeën 8: 1-2

1 De hoofdzaak van ons onderwerp is, dat wij zulk een hogepriester hebben, die gezeten is ter rechterzijde van de troon der majesteit in de hemelen,

2 de dienst verrichtende in het heiligdom, in de ware tabernakel, die de Here opgericht heeft, en niet een mens.

 

 21. Waarvan was het bloed van al de offeranden van de eerste bediening slechts een beeld?

Hebreeën 9: 12  12  en dat niet met het bloed van bokken en kalveren, maar met zijn eigen bloed eens voor altijd binnengegaan in het heiligdom, waardoor Hij een eeuwige verlossing verwierf.

Efeze 5: 2  2  en wandelt in de liefde; gelijk ook Christus ons liefgehad en zichzelf  voor ons overgegeven heeft tot een gave en offer, Gode tot een liefelijke  reuk.

 

22. Welk wonderbaar voorval gaf bij de dood van Christus te kennen, dat het priesterlik werk en de dienst van het aardse Heiligdom tot een eind gekomen was?

Matheus 27: 50-51

50 Jezus riep wederom met luider stem en gaf de geest.

51 En zie, het voorhangsel van de tempel scheurde van boven tot beneden in tweeën, en de aarde beefde, en de rotsen scheurden,

 

 23. In welke verhouding staat het aardse Heiligdom tot het hemelse?

Hebreeën 8: 5 Dezen verrichten slechts dienst bij een afbeelding en schaduw van het hemelse, volgens de godsspraak, die Mozes ontving, toen hij de tabernakel zou gereedmaken. Zie toe, zegt Hij immers, dat gij alles maakt naar het voorbeeld, dat u getoond werd op de berg.

 

24. Door welke vergelijking werd er aangetoond, dat het hemelse Heiligdom gereinigd zal worden?

Hebreeën 9: 22 24

22 En nagenoeg alles wordt volgens de wet met bloed gereinigd, en zonder bloedstorting geschiedt er geen vergeving.

23 Noodzakelijk moesten dus hiermede de afbeeldingen van de hemelse dingen gereinigd worden, maar de hemelse dingen zelf met betere offeranden dan deze.

24 Want Christus is niet binnengegaan in een heiligdom met handen gemaakt, een afbeelding van het ware, maar in de hemel zelf, om thans, ons ten goede, voor het aangezicht Gods te verschijnen;

 

 25. Wanneer Christus Zijn priesterlijk werk als middelaar in het hemelse Heiligdom volbracht heeft, welk bevel zal er dan gegeven worden?

Openbaring 22: 11 Wie onrecht doet, hij doet nog meer onrecht; wie vuil is, hij worde nog vuiler; wie rechtvaardig is, hij bewijze nog meer rechtvaardigheid; en wie heilig is, hij worde nog meer geheiligd.

 

 26. Welke gebeurtenis is direct verbonden met het uitwissen van de zonden en de uiteindelijke verkoeling van het aangezicht des Heren?

Handelingen 3: 19-21

19 Komt dan tot berouw en bekering, opdat uw zonden uitgedelgd worden, opdat er tijden van verademing mogen komen van het aangezicht des Heren,

20 en Hij de Christus, die voor u tevoren bestemd was, Jezus, zende;

21 Hem moest de hemel opnemen tot de tijden van de wederoprichting aller dingen, waarvan God gesproken heeft bij monde van zijn heilige profeten, van oudsher.

 

 27. Wat zal er, volgens het gezicht van het oordeel, dat aan Daniël geschonken werd, aan Christus gegeven worden, terwijl Hij nog voor de Vader staat?

Daniël 7: 13-14

13 Ik bleef toekijken in de nachtgezichten en zie, met de wolken des hemels kwam iemand gelijk een mensenzoon; hij begaf zich tot de Oude van dagen, en men leidde hem voor deze;

14 en hem werd heerschappij gegeven en eer en koninklijke macht, en alle volken, natiën en talen dienden hem. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die niet zal vergaan, en zijn koningschap is een, dat onverderfelijk is.

 

28. Wat zal er plaats vinden, wanneer de Heer uit de hemel neerdaalt?

Thessalonisensen 4: 16-17

16 want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan;

17 daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zo zullen wij altijd met de Here wezen.

 

29. Welke verklaring, onmiddellijk volgend op de aankondiging, in Openbaring 22: 11 genoemd, toont aan, dat er vóór de wederkomst van Christus een oordeels werk heeft plaats gehad?

Openbaring 22: 12  Zie, Ik kom spoedig en mijn loon is bij Mij om een ieder te vergelden, naardat zijn werk is

 

30. Is er een bepaalde tijd voor de reiniging van het Heiligdom?

 Daniël 8: 14  En hij zeide tot mij: Tweeduizend driehonderd avonden en morgens; dan zal het heiligdom in rechten hersteld worden.

 

31. Hoe kan men weten, dat dit niet doelt op het aardse Heiligdom?

Daniël 8: 17

17  En hij kwam tot waar ik stond, en toen hij kwam, schrikte ik en wierp mij op mijn aangezicht, maar hij zeide tot mij: Versta, mensenkind, dat het gezicht doelt op de tijd van het einde.